Energiebesparende maatregelen
Om de doelstellingen uit het Klimaatakkoord te halen, zijn bedrijven verplicht energiebesparende maatregelen te nemen. Nederland heeft zich namelijk ten doel gesteld de CO2-uitstoot in 2030 met 49 procent te verminderen ten opzichte van 1990. Bedrijven moeten aan de verduurzaming bijdragen door alle energiebesparende maatregelen te nemen die je in 5 jaar of minder kunt terugverdienen.
Moet jij energiebesparende maatregelen nemen?
Wanneer geldt de bestaande energiebesparingsplicht? Op basis van het Activiteitenbesluit milieubeheer (artikel 2.15) geldt deze plicht als je bedrijf een jaarlijks energieverbruik heeft van meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m3 gas.
Voorbeelden die hieronder vallen zijn: productiebedrijven, kantoren, vastgoed, hotels, de bedrijfstak detailhandel en ondernemers met bedrijfshallen.
Ook als je een Omgevingsvergunning milieu hebt of je bedrijfspand een erkend monument is geldt de plicht.
Met de Wetchecker energiebesparing van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland zie je snel welke wettelijke verplichtingen er voor je bedrijf of gebouw zijn.
Minimaal energielabel C voor kantoorpanden
Sinds 2023 heeft de overheid de bestaande energiebesparingsplicht uitgebreid. Kantoorpanden met een oppervlak van meer dan 100 m² moeten vanaf 2023 minstens energielabel C hebben.
De boetes als je hier niet aan voldoet zijn niet mals: je riskeert tot wel € 81.000 te moeten betalen als je een kantoorpand blijft gebruiken die niet aan de vereisten voldoet.
Wie is verantwoordelijk voor de energiebesparing?
Degene die de activiteiten uitvoert, bijvoorbeeld een ondernemer die een winkel uitbaat, is verantwoordelijk voor de verplichte energiebesparing. De eigenaar van het pand is verantwoordelijk voor de energiebesparingsplicht van het gebouw. Als eigenaar van een winkel én het pand moet je dus voor beide energiebesparende maatregelen nemen.
Informatieplicht energiebesparing
Als jouw bedrijf in deze groep valt, dan heb je een informatieplicht energiebesparing. Dit betekent dat je eens in de vier jaar moet rapporteren welke erkende maatregelen je neemt. Dit kun je online doen via een speciale pagina van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Bedrijven kunnen via een eLoket de informatieplicht energiebesparing rapporteren.
Stappenplan energiebesparende maatregelen nemen
Laten we het concreet maken: hoe ga je het aanpakken als je energiebesparende maatregelen moet nemen?
1. Hoeveel elektriciteit of gas gebruikt je bedrijf?
Heeft je bedrijf een jaarlijks energieverbruik van meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m³ gas? Dan moet je energiebesparende maatregelen nemen. Als je een kleinverbruiker bent, heb je geen verplichtingen. Natuurlijk is het wel slim om geld te besparen door minder energie te gebruiken. Lees onze gouden tips.
2. Check de lijst met erkende maatregelen
Goed om te weten: welke toepasselijke maatregelen voor jouw bedrijfstak gelden, vind je in de Erkende Maatregelenlijst Energiebesparing (EML). Op de lijst staat welke energiebesparende maatregelen in jouw bedrijfstak een terugverdientijd hebben van 5 jaar of minder.
In totaal staan er 19 bedrijfstakken op deze lijst met erkende maatregelen. Als je de EML als uitgangspunt gebruikt en deze maatregelen neemt, voldoe je direct aan de energiebesparingsplicht. Probeer dus elke erkende maatregel toe te passen.
3. Alternatieve maatregelen: terugverdientijd berekenen
Het kan zijn dat je niet alle energiebesparende maatregelen op de EML kunt toepassen. Dan moet je op zoek gaan naar alternatieven voor energiemaatregelen die je in 5 jaar of minder kunt terugverdienen. Als je een alternatief hebt gevonden, moet je de terugverdientijd berekenen. Heeft de maatregel een terugverdientijd van 5 jaar of minder én vermindert die de uitstoot van CO₂? Dan moet je deze uitvoeren, ook al is het geen erkende maatregel.
4. Energiebesparende maatregelen uitvoeren
Welke energiebesparende maatregelen ga je uitvoeren:
- Alle erkende maatregelen uit de EML voor jouw bedrijfstak
- Een deel van de EML-maatregelen voor jouw bedrijfstak plus alternatieve maatregelen
- Alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder
Als je wel een erkende maatregel neemt, maar niet alle erkende maatregelen voor jouw bedrijfstak gebruikt (uit de EML), is het aan de toezichthouder of je aan de energiebesparingsplicht voldoet. Bij bedrijven is dat meestal de gemeente.
5. Informatieplicht energiebesparing: rapporteren
Check met het stappenplan van de RVO aan welke verplichtingen voor rapportage je moet voldoen. Voor de informatieplicht energiebesparing geldt: je moet bij de RVO (via eLoket) rapporteren welke energiebesparende maatregelen je neemt. Dien je rapportage in, dan bepaalt de overheid (meestal de gemeente) vervolgens of je met je maatregelen voor energiebesparing voldoet aan je informatieplicht.
Energiebesparende maatregelen uitvoeren
Ga je de energiebesparende maatregelen nemen, dan kun je veel zelf doen, zoals:
- Plaatsen van tijdschakelaars op verwarmingsinstallaties, verlichting en apparatuur. Hiermee bespaar je een hoop elektriciteit en stookkosten.
- Overstappen op led-lampen. Led-verlichting als alternatief is een stuk energiezuiniger dan oudere technieken.
- Warmte binnenhouden door middel van bijvoorbeeld deurdrangers.
Andere toepasselijke maatregelen moet je waarschijnlijk laten uitvoeren, zoals:
- Isolatie. Bij isolatie kun je denken aan de muren, maar zeker ook aan de ramen. Door betere isolatie houd je de warmte binnen.
- Aanpassen ventilatiesysteem. Bijvoorbeeld warmteterugwinning toepassen of een klokregeling toevoegen.
Subsidies
De overheid stimuleert bedrijven om energie te besparen. De energietransitie staat hoog op de agenda. Vandaar dat er verschillende regelingen zijn om energiebesparende maatregelen te subsidiëren.
Energie-Investeringsaftrek (EIA)
Een belangrijke subsidieregeling waarvan je als ondernemer gebruik kunt maken is de Energie-Investeringsaftrek. Belangrijke voorwaarde is dat je maatregel op de energielijst van de RVO staat. Als dat het geval is, kun je 45,5 procent van de investeringskosten aftrekken van de winst. Dat levert dus flink voordeel op. Lees meer over de EIA.
MIA en VAMIL
Als je als ondernemer besluit te investeren in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen op het gebied van klimaat, energiegebruik en de circulaire economie, dan levert dit je een aantal fiscale voordelen op. Je kunt dan gebruikmaken van de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Vrije afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Lees meer in dit artikel over de MIA en VAMIL.
ISDE en SDE++
De Investeringssubsidie Duurzame Energie en Energiebesparing (ISDE) stimuleert ondernemers om te investeren in duurzame energie. Voor 2025 is er een totaalbudget van € 555 miljoen. Zo kun je duizenden euro’s besparen op zonneboilers, warmtepompen en kleinschalige windturbines.
De SDE++ is bedoeld voor bedrijven die op grote schaal duurzame energie produceren en hun CO₂-uitstoot willen verminderen.
Lees ook het artikel: Subsidie duurzame energie 2025: alles over de ISDE en SDE++
Energie besparen is slim voor elk bedrijf
Of je nu wel of niet jaarlijks meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m³ gas verbruikt, energie besparen is natuurlijk altijd een goed uitgangspunt, voor het milieu én voor je portemonnee. De informatieplicht geldt misschien niet voor jou als je een klein bedrijf hebt. Het voordeel is dat je dan niet hoeft te rapporteren en niet alle erkende maatregelen hoeft te nemen. Je kunt energie besparen op je eigen manier en je verbruik verminderen door verduurzaming.
https://www.dezaak.nl/vaste-lasten/energie/checklist-energiebesparingsplicht-dit-moet-je-regelen/